Mantelzorg: ‘We doen het met liefde, maar de druk is hoog’
Mantelzorger, dat ben je niet, dat word je vanzelf. Een boodschap voor een zieke zus. Even met de buurvrouw naar de fysio. Lief bedoeld en heel belangrijk. Maar voor je het weet ben je ‘in dienst’ en verandert die enkele keer in een dagtaak.
Ton en Katrien Wiebolt herkennen het. Hij (81) zorgt voor zijn zieke broer van 89. Zij (83) loopt haar 95-jarige schoonzus na. Ze doen het met liefde en zijn gelukkig topfit. Maar de druk is hoog…
Met liefde
De broer van Ton Wiebolt kon zich aanvankelijk nog wel redden. “Op een bepaald moment merkte ik dat hij zich niet goed meer verzorgde. Bovendien was hij gevallen en kon hij steeds minder. Eigenlijk kan hij niet thuis blijven wonen, maar hij komt nog niet in aanmerking voor een plek in een zorgcentrum omdat hij daar ‘te goed’ voor is. Ik ga om de dag eten brengen, doe de boodschappen en maak samen met mijn vrouw zijn huis schoon. We zijn dus veel met mijn broer in de weer en dat doen we met liefde. Maar het komt elke dag terug want er is altijd wel iets.”
Het verhaal van de schoonzus van Katrien is vergelijkbaar. Zij woont wel in de verzorging, maar heeft desondanks veel aandacht nodig. “Kan je even dit halen, wil je even dat kopen. En ze belt op de gekste momenten”, zegt Katrien. “Weet je wat het is met mantelzorg: je loopt de hele dag op je telefoon te kijken omdat je niet weet wanneer je broer of schoonzus belt. Je bent er in gedachten altijd mee bezig. Dat is eigenlijk veel vermoeiender dan de dingen die je voor ze doet. Die onrust.”
Optimistisch van aard
Ton en Katrien hebben goed contact met Colja de Roo van het Delfts Zorg Abonnement. “We kunnen haar altijd bellen en als het nodig is regelt ze dingen voor ons. Dat is fijn. En wij zijn gelukkig nog samen en allebei optimistisch van aard. Dat scheelt ook. Maar we worden er niet jonger op…”